Medicatie bij de ziekte van Alzheimer
Tot nu toe zijn er nog geen geneesmiddelen die de ziekte van Alzheimer kunnen voorkomen of stopzetten. Bij de behandeling van de ziekte staan daarom twee andere doelstellingen voorop.
De eerste doelstelling is de behandeling van bepaalde symptomen, zoals gedragsstoornissen. Voor het bestrijden hiervan zijn verschillende middelen beschikbaar.
De tweede doelstelling is het afremmen van het ziekteproces. In Nederland zijn drie toegelaten middelen die het ziekteproces tijdelijk kunnen afremmen:
- rivastigmine. Dit geneesmiddel kan – afhankelijk van de patiënt – de geestelijke en lichamelijke achteruitgang vertragen. Het taalgebruik, rekenen en oriëntatievermogen verbeteren door gebruik van het medicijn.
- galantamine. Net zoals rivastigmine heeft dit een tijdelijk gunstige invloed op aandacht, concentratie en spraakvermogen bij Alzheimerpatiënten met een lichte tot matige vorm van dementie.
Deze twee middelen behoren tot de zogenaamde acetylcholine esteraseremmers. Acetylcholine is belangrijk voor de overdracht van signalen tussen de hersencellen (zie neurotransmitters). Deze medicijnen remmen de afbraak van acetylcholine en geven daardoor acetylcholine meer tijd om zijn werk te doen. Ze mogen alleen door een specialist worden voorgeschreven.
- memantine. In tegenstelling tot de acetylcholine esteraseremmers, die alleen actief zijn bij vroege vormen van de ziekte, is dit middel met name geschikt voor de behandeling van gemiddelde tot vergevorderde vormen van dementie. Het effect van dit medicijn is echter beperkt.
Werking: bij beginnende dementie gaan zenuwcellen vaak grote hoeveelheden van de neurotransmitter glutamaat uitscheiden wat een zogenaamde NMDA receptor activeert. Door een overmaat aan glutamaat raakt deze receptor overprikkeld waardoor verbindingen tussen zenuwcellen verbroken worden of neuronen zelfs afsterven. Memantine heeft een remmende werking op dit proces doordat het de receptor blokkeert.
Hoewel geen van deze medicijnen de ziekte van Alzheimer kan genezen, is een deel van de patiënten wel in staat om in het dagelijks leven tijdelijk beter zelfstandig te functioneren. Ook is gebleken dat met name patiënten die nog in de beginfase van het ziekteproces verkeren, er het meest baat van ondervinden.
Een nadeel van deze medicijnen is dat bij sommige patiënten bijwerkingen zoals misselijkheid, diarree en vermoeidheid kunnen optreden. Indien een van deze middelen wordt voorgeschreven, dienen zowel de patiënt als de verzorgers goed over het gebruik en de mogelijke bijwerkingen te worden voorgelicht.
In 2013 is in Amerika onderzoek uitgevoerd met een combinatiemedicijn: NitroMemantine. Dit is een combinatie tussen memantine en nitroglycerine. Deze combinatie versterkt de werking van memantine, althans dat blijkt uit onderzoek bij muizen. Nader onderzoek moet uitwijzen of dit ook bij mensen zo werkt.
Op dementie.nl is informatie te vinden over rivastigmine, galantamine en memantine.